Toen ik een paar jaar geleden met vrienden in Buenos Aires was, klom de peso net weer uit een diep dal. Het ergste van de crisis was geweest en wij, ‘arme’ studenten, konden ons geluk niet op dat alles bijna gratis was. We deden ons te goed aan een decadent leventje van Champagne en sushi (toen nog echt hip) en natuurlijk kilo’s vlees met sloten Malbec. Zo kwam ik er vorig jaar pas achter dat Buenos Aires ook een metro heeft; wij lieten ons uitsluitend per taxi vervoeren. Heerlijk waren de middagen op terrasjes met literflessen Quilmes bier met een eindeloze toevoer van minischaaltjes met olijven of chipjes. Maar de beste snack in het Argentijnse is natuurlijk de empanada.
De maanvormige pasteitjes kun je met allerlei vullingen krijgen; kip, rund, kaas, champignons en zelfs zoete vulling is er te vinden. Mijn favoriet is de empanada atún: tonijn, lekker met stukjes hardgekookt ei en olijf. Een nationaal gerecht zou een nationaal gerecht niet zijn als het niet stiekem ergens anders vandaan kwam. In Spanje kennen ze de empanada al veel langer dan Argentinië oud is. Daar wordt de maanvormige variant empanadilla genoemd en is de empanada meer een grote taart. Handig als je meer mensen te eten krijgt of als je de empanada in vierkante stukjes wilt serveren als tapas. Met het volgende recept van Claudia Roden kun je zowel de grote empanada als empanadillas maken.
Voor 6 personen
Voor het deeg (gebruik, als het echt moet, kant en klare bladerdeeg):
1 heel ei en 1 eigeel losgeklopt met beetje water (gebruik altijd eieren van maat L)
1 tl bakpoeder of bicarbonaat soda
125 ml olijfolie (plus beetje voor het invetten)
125 ml droge witte wijn
1/2 tl zout
375 g bloem
Voor de vulling:
1 grote ui, gesnipperd
1 rode paprika in kleine blokjes
2 el olijfolie
1 blik tomaatblokjes (400 g)
1 tl suiker
zout en peper
2 blikjes tonijn in olie, uitgelekt
100 g zwarte ontpitte olijven, in ringen
2 hardgekookte eieren, in grove stukjes
Begin met het deeg. Klop het ei los met een vork, voeg daar het bakpoeder (of bicarbonaat soda), olijfolie, wijn en zout aan toe. Voeg beetje bij beetje de bloem toe, eerst met de vork en daarna met de hand, tot je een glad en soepel deeg hebt. Doe het deeg in vershoudfolie en leg in de koelkast.
Verwarm de oven voor op 180°C.
Pak een koekenpan en bak zachtjes de ui en de paprika in olijfolie. Als die zacht zijn voeg je de tomaatblokjes, suiker en een beetje zout en peper toe. Laat 15 minuten pruttelen, tot de saus flink ingedikt is. Haal van het vuur en voeg de tonijn, olijven en hardgekookte ei toe.
Neem het deeg uit de koelkast en verdeel het, als je de grote taart maakt, in twee delen, één deel groter dan de ander. Rol beide delen uit tot een rechthoek, de één groter dan de ander. Leg de grote plak op een met ingevet bakpapier bekleedde bakplaat. Op de grotere plak verdeel je het tonijnmengsel, bestrijk rond de randen met het eigeel. Bedek dan met de kleinere plak. Vouw de randjes om naar boven en knijp ze samen. Bestrijk het nu geheel met het ei. Prik met een vork een paar keer in het deeg. Bak 35 tot 40 minuten, tot het goudbruin is.
Als je de empanadillas maakt verdeel je het deeg in 10-12 delen. Rol ieder deel tot een bal en daarna met de deegroller plat tot een cirkel. Vul met het tonijnmengsel, smeer ei langs de rand en vouw dubbel en knijp dicht met duim en wijsvinger langs de rand. Besmeer met het eimengsel en bak ze, op een met ingevet bakpapier bekleedde bakplaat 30 minuten in de oven.
Naar Claudia Roden, The Food of Spain.